ROTTERDAM PHILHARM. ORKEST

Met de aanstelling van Alexander Schmuller 85 jaar geleden (1928) is het toen tienjarige Rotterdams Philharmonisch Orkest begonnen met een Russische link, die in de loop van de jaren enorm is verstevigd door navolgende dirigenten en tot een hoogtepunt gebracht door de samenwerking met Valery Gergjev, die 25 jaar geleden voor het eerst voor het orkest stond. Als geen ander orkest in Nederland is dit orkest bedreven in het beheersen van de karakteristieke donkere klank in vele grijstinten die de Russische muziek zo kenmerkt. In dit Nederland-Rusland jaar zijn memorabele opnamen van Russische werken in één handzaam doosje verzameld. Hierin zitten werken van Rimsky-Korsakov, Prokofiev, Moessorgski, Rachmaninov, Tsjaikovski, Borodin en Sjostakovitsj waarbij het Rotterdams Philharmonisch Orkest word gedirigeerd door David Zinman, Edo de Waard en Valery Gergjev. Bijzonder zijn de concertaria’s van Tsjaikovski, gezongen door de toen nog vrij onbekende bariton Dmitri Hvorostovski en de Zevende Symfonie van Sjostakovitsj, waarbij het Rotterdams Philharmonisch Orkest het podium van de Doelen deelde met het Mariinsky Theater Orkest. Het boekje met een uitvoerige toelichting van Kasper Jansen is zeer de moeite waard.